Exit onzin
Ik zat te denken of ik nog iets zou schrijven, maar dan een kort stukje. Misschien wel, het is gewoon te leuk om te doen en TV is zo saai
Ik schrijf hier een technisch stukje, over menselijke cognitie
De basis is en blijft simpel
Dat zit zo in elkaar, dat denkvermogen aan Passiva kant, gelijk oploopt met levenskwaliteit aan Activa kant
Figuur 1: als jij met denkvermogen aan Passiva kant 98% scoort, scoor je met levenskwaliteit ook 98%
De bovenste helft is van technische kennis en technische dingen
Maar nu zitten hier nog wel twee delen in: een bovenste helft en een onderste helft. Daar kan ik nog een onderscheid in maken.
Eerst maar even naar de bovenkant kijken. De bovenste helft is meer van de technische, materiele dingen. Daar zet ik aan Activa kant “materiele activa” en aan Passiva kant “intellect”, dus technische kennis, om dingen mee te maken.
Figuur 2: In totaal kan je op dit onderdeel 50 punten scoren aan Passiva kant, en heb je ook 50 punten aan Activa kant
Aan de Passiva kant staat dus rechtsboven “IQ”. Dat lijkt een mooi wondermiddel. Maar daar zou ik niet al te zwaar op inzetten: kalm aan ermee, overdrijven lijkt hier niet goed. Zo hoef je niet altijd het nieuwste van het nieuwste, allemaal hippe gadgets. Je kan er ook voor kiezen om een beetje relaxed met je spullen om te gaan, een beetje rustig. Het houdt in dat jij aan jou kant een beetje duurzaam omgaat met je spullen, en je hoeft niet altijd het nieuwste van het nieuwste of het beste van het beste.
Als jij bijvoorbeeld een kras op je schoen hebt, maar het kan ook een fiets zijn, en je gooit die gelijk weg, dan is dat betrekkelijk onnodig. Dan verlies je bijvoorbeeld 10 punten aan Passiva kant. Dan verlies je ook 10 punten aan Activa kant, want je moet geld besteden aan nieuwe spullen, terwijl de oude nog een tijd meegingen. En ook niet onnodig nieuwe dingen kopen, omdat het allemaal perfect moet zijn: niet nodig.
Ik was vorig weekend bij een voordracht van Slavoj Zizek. Daar kan je dit soort analyses niet verwachten. Bij de Q&A stelde ik hem een vraag over “kernwaarden”; waaronder goedheid.
Maar hij propageerde een alternatief: afgunst. Ja, maar ja, als je dat gaat toepassen, dan heb je nooit genoeg. Dat is laag scoren aan Passiva kant.
Dat is dan ook laag scoren aan Activa kant. Dat betekent ruzie en trammelant: oorlog, slavernij, wat mensen allemaal al niet doen om meer te krijgen dan een ander. Je moet steeds meer spullen. Je hebt ook arbeidsmigranten nodig om dat allemaal binnen te krijgen. Of je gaat ruzie maken om asielzoekers: wie daar dan weer de meeste van binnenhaalt. En het wordt steeds drukker.
Onderste helft
Bij de onderste helft staat rechts EQ en daar staat links immateriele activa. Dat houdt in dat als jij aardig bent, dan is de werkelijkheid ook aardig voor jou; een bijzonder effect. Zo kan ik bijvoorbeeld deze analyses maken. Dat kan je vatten onder de term “immateriele activa”; het is “geestelijk werk”.
Ik was dus bij Slavoj Zizek. Daar krijg je dit soort analyses niet. Dat komt omdat hij harder is; en dan krijgt hij dit soort inzichten ook niet. Dat zei hij ook: je moet een beetje hard zijn, zonder hardheid bereik je niets in dit leven.
Maar dan gaat de waarheid op de loop. Ik vergeleek wat dit betreft de waarheid met een vrouw: die gaat zich ook niet vertonen, en zeker ook niet haar kleding uitdoen, als je je hard opstelt.
Hier zie je dingen trouwens weer gelijk oplopen. Als je Zizek hier in het schema zou neerzetten aan Passiva kant, dan is de score op EQ matig door die harde opstelling.
Dan krijg je aan Activa kant bij immateriele matige score: niveau kroegpraat. Dat zei hij ook bij de voordracht: hij gaat liefst naar de hel, want daar kan je lekker met je maten kletsen.
Valuta
Misschien dat als u naar die schema’s kijkt, dat u denkt: ziet eruit als een bedrijfsbalans, met die Activa en Passiva: dat is correct. Maar misschien als een gelovige bent, u zich afvraagt: waar is God in dit geheel?
De “betaaleenheid” in dit systeem van mij is “geduld”: beetje geduldig zijn met spullen, beetje duurzaam ermee omgaan. En een beetje lief zijn voor andere mensen; beetje geduldig met die mensen zijn.
Maar God is er ook: dat is namelijk het omgekeerde van geduld. Dat is een ongeduldig iemand, die staat voor jaloezie en kroegpraat.
Dat is net als met gewoon geld: aan de ene kant staat een beeltenis van je koning, en aan de andere kant staat de geldwaarde van de munt in geld. Het staat aan twee kanten van de munt, de koning is de omgekeerde kant van de geldwaarde. Dat heb je hier ook, aan de ene kant staat God, en aan de andere kant geduld, het zijn tegenpolen.
En God staat mogelijk aan de andere kant, om de waarde van mijn theorie te garanderen; de waarde van mijn theorie is dat ik weet wat God is: het omgekeerde van geduld; de andere kant van de medaille.
Ik vermoed ook waarom ik dit kan zien. Als je kijkt naar de bovenstaande schema’s, die zijn afgeleid van teksten als Genesis een tot en met vier, Johannes een tot en met vier, en Sura een tot en met vier, dan kan ik de innerlijke structuur van de teksten zien. Dus ik kan zien wat “erachter” zit; daarom kan ik ook zien wat achter God schuil gaat: de andere kant ervan is geduld.
