De kracht van story-telling



Als ik kijk naar mijn vorige tekst, dan kan ik me bijna niet voorstellen, hoe mensen zulke kwaadaardige dingen hebben kunnen doen, en hoe makkelijk ze de verkeerde kant op lopen.

Misschien, om dat nog wat uit te diepen, kan ik iets schrijven over de kracht van “storytelling”: dat is een manier om mensen op kwaadaardige wijze om te tuin te leiden met “kletspraatjes”



Hoe storytelling helpt om kernwaarden om zeep te helpen

Kernwaarden. Ik heb een aantal oudere teksten op dit blog staan, die ik geanalyseerd heb, en in elk van die teksten kom je ze tegen: altijd dezelfde kernwaarden. De teksten die ik geanalyseerd heb zijn bijvoorbeeld Genesis, Johannes, Hooglied, maar ook gedichten van Emily Dickinson.

En in elke tekst kom je ze tegen: dezelfde kernwaarden. Deze kernwaarden zijn: geduld, goedheid, waarheid en schoonheid. Zo bijvoorbeeld:



🟡 geduld Joh. 1 Jezus: eindelijk gearriveerd, licht komt in de wereld

🟢 goedheid Joh. 2 Jezus doet wonderen: maakt van water wijn, zuivert de tempel, breng geloof

🔵 waarheid Joh. 3 uitleg aan Nicodemus over de ware leer

🔴 schoonheid Joh. 4 Samaritaanse vrouw; gesprek met een vrouw die populair is bij mannen, “een schoonheid”





Maar wat als je deze kernwaarden in handen laat komen van sluwe storytellers, die kwade dingen willen doen?

Stappenplan: stap 1 eerst de kernwaarden verdoezelen

Om menselijk gedrag los te weken van kernwaarden moeten deze onzichtbaar gemaakt worden; dus stap een houdt in: eerst maar eens even weghalen die bullits



Joh. 1 Jezus: eindelijk gearriveerd, licht komt in de wereld

Joh. 2 Jezus doet wonderen: maakt van water wijn, zuivert de tempel, breng geloof

Joh. 3 uitleg aan Nicodemus over de ware leer

Joh. 4 Samaritaanse vrouw; gesprek met een vrouw die populair is bij mannen, “een schoonheid”





Stap 2: de kernwaarden zo ver weg mogelijk parkeren

Stap 2A : Eerst maar eens de kernwaarde geduld om zeep helpen

Dit is al een stuk “beter”. Een tweede stap gaat over de inhoud. De eerste kernwaarde is tijdgerelateerd, het gaat om “geduld”, in voorbeelden zoals laat ik eens geduldig een ander uitpraten, laat ik geduld hebben met iemand die langzamer is, laat ik geduldig zijn met oordelen over anderen.

Dit is een heel belangrijke kernwaarde, in mijn vorige theologische artikel heb ik geschreven dat karma werkt; en dat als jij geduld hebt met jouw omgeving, dan heeft jouw omgeving ook geduld met jou, een rechtstreekse wisselwerking.

De kernwaarde geduld uitdragen, betekent dat mensen zich hieraan kunnen spiegelen en deze kernwaarde internaliseren.



Maar dat doen de sluwe mensen niet: die gaan deze kernwaarde uit de mens halen, externaliseren. Het wordt geexternaliseerd in God, en als mensen dat niet begrijpen, dan meer in het bijzonder in Jezus.



Je ziet dat dit zo werkt, want God is enorm driftig. Als er een appeltje uit een boom wordt gegeten, dan ontploft hij: om niks dus.

En Jezus ook, als Nicodemus netjes aan hem een vraag stelt, zo van: hoe doet u dat met al die wonderen, ontploft Jezus: weet je dat zelf niet, achterlijke mogool; en als Nicodemus het nog een keer vraagt, wordt het helemaal wat: als je nog een keer vraagt, stuur ik je naar de hel!!!!!!!!



Hoei!!!! Het geduld is foetsie. Maar ook in allerlei andere verhalen. Als je een mooie vrouw ziet, zegt Jezus: kan beter direct je ogen uitsteken, voordat je nog op zondige gedachtes komt. Dus niet eens nog voordat je die vrouw zou achterna gaan, maar al direct voordat je uberhaupt op een gedachte komt: geduld is totaal weg. Waarom zou je niet rustig kijken, gebeurt toch niets? Maar het geduld is weg.

Ook in andere zin is de relatie tussen Jezus en geduld zoek; want als mensen hulp nodig hebben, als ze van de ladder zijn gevallen of bezig met een moeilijke bevalling, dan “moet je maar geduld hebben”, “Jezus heeft geen tijd”. Dan komt hij dus nooit.



Je ziet dus dat de kernwaarde geduld geheel foetsie is. Je kan ook aan de kant van mensen zelf zien dat het zo werkt: hey, waar is mijn geduld gebleven? Als je namelijk God in de wereld zet, dan ontstaat er namelijk iets heel geks: mensen raken direct in de stress. Er loopt immers ergens God rond, en die kan je ieder moment te grazen nemen. Hierdoor ontstaan deelvragen, simpele narratieve vragen als:

  • Wanneer heb jij, in jouw leven, het laatst nog aan Mij gedacht?

  • Wanneer heb jij duidelijk Mijn aanwezigheid ervaren?

  • Door welke acties van de afgelopen week durf jij jou een gelovige te noemen?



Dit zorgt voor onrust bij mensen. Die worden daar bang van. Het gevolg is dat ze dan maar druk aan het werk gaan, want dan hoef je over dit soort dingen tenminste niet na te denken.

Als er maar niet rustig nagedacht hoeft te worden; dus je kan eindeloos rennen rennen rennen, als je maar niet rustig hoeft te gaan relaxen, want juist op die momenten besluipt de angst dat God zomaar kan opdoemen.





Stap 2b : Nog even die andere kernwaarden eruit knallen

De andere drie kernwaarden zijn goedheid, waarheid en schoonheid. Die kan je ook om zeep helpen, en liefst alledrie tegelijk. De truc daarvoor is om deze ook te externaliseren, maar dan meer aan mensen uit de heilige boeken, in de verhalen over hun belevenissen.

Zo kan je een verhaal neerzetten over Noach, die de goede stamvader is van de mensen. Noach zuipt zich te pletter in Genesis 9, valt naakt in coma op de vloer, wordt uitgelachen door een zwarte en Noach verkettert daarom zwarten tot eeuwigdurende slavernij.

Als mensen zich verbonden voelen met hun innerlijke kernwaarde “goedheid”, dan keuren zij dat af; foei wat is dit voor “aso familie”.

Het verhaal is ook nog harstikke lelijk: een dronken naakte kerel op de vloer. Als mensen zich verbonden voelen met hun innerlijke kernwaarde “schoonheid”, dan keuren zij dat af; bleergh.

Ook is het verhaal natuurlijk niet waar, want er staat dat Noach drie zonen heeft, de een is een blanke, de tweede is bruin en de derde is zwart, allemaal van dezelfde moeder: wat een flauwekul

Maar als je erbij zet dat Noach de stamvader is van de mensen, de enige goede mens die van God de zondevloed mocht overleven, dan triggert dat een heel ander proces. Dan is het niet meer jouw gevoel wat richting geeft aan jouw gedrag, maar het verhaal, “als Noach het zegt dan zal het wel goed zijn”, “dan ga ik ook maar slaven houden”.



Zo kan je ook verhalen maken over het afpikken van land, tengunste van de Joden; genocide plegen op oorspronkelijke bevolking, en weet ik wat allemaal voor kwaadaardigheid. Het staat er in alle details, verkrachten van vrouwen, het zwaard doden van baby’s.

Als mensen zich verbonden voelen met hun innerlijke kernwaarde “goedheid”, dan keuren zij dat af: allemachtig wat is dit hier????

Maar als je erbij zet “dat zijn geen Joden en wij zijn uitverkoren”, dan is het niet meer jouw gevoel wat richting geeft aan jouw gedrag, maar het verhaal, “als de Joden uitverkoren zijn, dan zal het wel mogen”, “doe maar dan”.



Neurolinguistisch herprogrammeren

Deze manier van negatieve gedragsverandering bewerkstelligen, gaat stap voor stap en een multi-level aanpak: je krijgt een heleboel teksten te lezen, en allerlei andere modules als kerkdiensten en gespreksgroepen en 1-op-1 gesprekken met ouderlingen.

Het is essentieel dat leiders goed op de hoogte zijn van de kernwaarden, maar die moet je dus zoveel mogelijk externaliseren, heel abstract maken. Zo kan je zien dat bij de Synode van Dordt in 1618-1619 ze het uitgebreid hadden over de kernwaarden van het geloof, maar aan wat ze schrijven is geen touw vast te knopen: geen idee.



De kernwaarden zijn dus volledig geexternaliseerd tot in het kwadraat. Daardoor hoef je er je dan ook niet meer aan te houden, en kan je “lekker je eigen ding doen”. Dus toen het klaar was met de Synode, gingen ze eerst maar eens iemand vermoorden (Johan van Oldenbarnevelt). En vervolgens aan de slag met slavenhandel.

Er gaat zelfs een verhaal de rondte dat al tijdens de Synode iemand, een van de afgevaardigden uit Duitsland, is vermoord door hem van de balustrade te duwen; de reden was dat deze man “te eerlijk was”.



Wat moet je hier nu mee?

Dit legt een flinke druk op mensen. Voor je het weet zitten ze de hele tijd in de kerk. Bovendien is het daar een gedrukte stemming, je kan echt geen geintjesmaken; je ervaart de stress. Je ervaart dit ook als mensen uit een kerkdienst komen: dat lucht direct op. Mensen gaan spontaan lachen en leuke verhalen aan elkaar vertellen, maar vooral niet over het geloof graag, maar over zonvakanties bijvoorbeeld.

Ik heb dat een keer meegemaakt, een kerkdienst medio 2022 en die ging over de hel. Toen de dienst klaar was liep iedereen naar buiten en begon spontaan over de komende voorjaarsvakantie. Hier kan je trouwens zien dat mensen inherent goed zijn, maar die kerkdiensten leggen een enorme druk op hen.



Je kan zeggen: schaf de godsdienst dan maar weer af. Maar zo werkt het dan ook niet. Dat is ook alleen maar leegte. Daar zitten we nu in: een vooral seculiere cultuur. Kernwaarden kennen ze niet, net zo min als de gelovigen.

Je kan beter de kernwaarden terughalen, en weer pontificaal vooraan zetten: geduld, goedheid, waarheid, schoonheid.

Je kan ze zelfs nog samenvatten in een kernwaarde: denkvermogen. Dit zijn faculteiten van ons denkvermogen. En die lopen parallel met levenskwaliteit. Als het denkvermogen 70% is, dan is levenskwaliteit ook 70%. Maar is het denkvermogen maar 10%, door het uithollen van de kernwaarden, dan blijft er van de levenskwaliteit ook maar 10% over.






Maar je kan dat dus ook uitsplitsen. De factor geduld, die tijdsgerelateerd is, bijvoorbeeld aan niet voortijdig sterven. Als je niet oplet, dan loop je steeds in 101 sloten tegelijk, maar met geduld niet.

En de factoren goedheid, waarheid, schoonheid, die zijn gerelateerd aan de ruimte, het zijn in feite de geestelijke equivalenten van lengte, breedte en hoogte, en samen zijn ze verbonden met leven in een goed land: als jij een beetje goed om je heen kijkt, dan zie je hoe je het daar moet organiseren. Ik heb dit meer in detail in de vorige blogpost uitgewerkt.



Klopt dit wel wat jij zegt maatje? heb je praktijkvoorbeeld?

Zeker. Ik heb het zelf meegemaakt. Er zijn meerdere voorbeelden, maar een springt er wel tussenuit, hier is het allemaal vrij duidelijk. Ooit toen ik vijf was stierf mijn vader. Al rijdend in de auto. Daar gebeurden rare dingen.

Verbinding met kernwaarde goedheid

In een bocht hoek Zuivelweg-Van Hogendorplaan gebeurde dit en dat is vrij link. Dan kan je in paniek schieten, auto crasht, en jij ook dood. Maar ik dacht: hm, laat ik even wachten, misschien is hij niet dood maar alleen slechte zin. Het resultaat: auto reed netjes door de bocht

Je ziet hier dat ik mij verbonden weet met innerlijk gevoel van goedheid: een goed idee. Als mensen zich verbonden voelen met hun innerlijke kernwaarde “goedheid”, dan gebeurt jou geen kwaad; een 1:1 verhouding, hoe ongunstig de omstandigheden ook zijn: uitgesloten.





Verbinding met kernwaarde waarheid

Ook iets verderop: daar was een gelijkvloerse kruising. Als je in paniek schiet, kan je denken: oei daar kan een auto van rechts komen, en wie weet, komt er ook nog een auto van rechts en knalt jullie naar de Filistijnen. Maar ik dacht: oei, daar kan een fietser van rechts komen, en wie weet rijden wij hem aan. Het gevolg: er kwam niemand.

De suggestie is hier: als jij je verbonden weet met innerlijk gevoel van waarheid, de kruising was een “waar-heid” want een plaats dus “waar”, dan kan je over lastige obstakels komen.






Verbinding met kernwaarde schoonheid

En tot slot een innerlijk gevoel van schoonheid: we gingen toen richting een T kruising, en ja, daar “ben je dan mooi klaar mee”; en dan kan je daar inderdaad voorgoed gedag zeggen van het leven.

Maar ik dacht: nou ja, als mijn vader al niet dood is, dan “gaat hij zo toch wel dood”, “hoef ik me mooi niet meer druk meer over te maken”. Met als merkwaardig gevolg dat de auto zich direct omdraaide.







Verbinding met kernwaarde geduld

Misschien denken mensen: ja ja, allemaal gewoon toeval, blablabla. En ben jij stiekem ook niet bang voor God? Een beetje wel, als je God in het abstracte laat, maar als je hem concreet maakt, gebeurt je niets.

Dat deed ik namelijk, na die gebeurtenis. Ik zocht naar een mogelijke verklaring: waar ben ik hier terechtgekomen? Ik had toen een beeld van God, als je een goede fantasie hebt, dan kan je ook zelf beelden oproepen, zeker als kind, en dan kan je kijken wat er gebeurt.

Ik zei eerst tegen hem: hey, kan je niet zien dat hier iemand hulp nodig heeft, kom, handen uit de mouwen. Maar geen reactie. Je ziet hier de rare verhouding die God heeft met geduld: op moment dat er hulp nodig is, komt hij niet

Toen dacht ik: hm, geen plezierig type, misschien komt hij alleen als hij iemand te grazen wil nemen, en ook nog mij als kind zeg, foei!! Nogmaals die verkeerde verhouding tussen God en geduld.

Dus ik zei toen: het is mijn tijd nog niet! Met andere woorden: kan je niet zien dat ik nog maar een kind ben, laat me met rust. En weg was hij: erledigt.



















Previous
Previous

De kracht van story-telling (2)

Next
Next

Noot van de schrijver